1.4.2 Hulpdiensten

1.4.2 Hulpdiensten


Bereikbaarhied/toegankelijkheid hulpdiensten

  • Verkeersaders (vastgestelde brandweerroutes) en verblijfsgebieden dienen een zodanige samenhang te kennen, dat een willekeurig adres in een verblijfsgebied binnen maximaal 1 minuut bereikbaar is (gerekend vanaf het verlaten van de verkeersader). Uitgaande van een gemiddelde snelheid van 30 km/h, mag de afstand tussen een verkeersader en een willekeurig adres niet meer dan 500 meter bedragen;
  • Een woonadres is bereikbaar als een brandweervoertuig (tankautospuit) de toegang van een gebouw tot op een afstand van 40 meter kan benaderen;
  • Een doodlopende weg is in industriegebieden niet toegestaan i.v.m. het mogelijk benedenwinds benaderen van een incident. In andere gebieden bedraagt de maximale lengte van een doodlopende weg ten hoogste 40 meter, mits twee bruikbare routes naar deze doodlopende weg leiden;
  • Een willekeurig adres binnen een verblijfsgebied moet in principe via een tweede onafhankelijke route bereikbaar zijn. Bij grotere gebouwen kunnen meerdere toegangswegen noodzakelijk zijn;
  • Ontwerpen van nieuwe wegen en veranderingen aan wegen, zoals profielbreedte, toepassing van verkeersremmende maatregelen, dienen ter goedkeuring aan de brandweer voorgelegd te worden;
  • Een gebouw met een verblijfsruimte waarvan de vloerhoogte zich meer dan 6 meter ten opzichte van het aansluitende terrein bevindt en dat niet aan het bouwbesluit 1e fase (1992) voldoet, moet bereikbaar zijn voor een redvoertuig (voorbeelden van dergelijke gebouwen: bejaardenhuizen gebouwd vóór 1992);
  • Opstelvak van redvoertuig bij bovengenoemde gebouwen dient aan de volgende eisen te voldoen:
    • minimale breedte 6,5 meter;
    • minimale lengte 9 meter;
    • bestand tegen stempeldruk van 7 kg/cm².;
    • ruimte boven oppervlak tussen opstelvak en gevellijn én boven opstelvak dienen vrij te zijn van obstakels i.v.m. manoeuvreruimte van de arm;
  • Ontwerp van opstelvak dient ter goedkeuring aan de brandweer voorgelegd te worden (dit i.v.m. reikwijdte en hoogte van de korf van de hoogwerker).

Afsluiting van wegen

Om een goede bereikbaarheid voor hulpdiensten te waarborgen zijn bij het afsluiten van wegen, fietspaden, bospaden e.d. slechts de onderstaande fysieke afsluitingen toegestaan:

  • Uitneembare palen met standaard driehoekssleutel (minimale doorgangsbreedte na verwijderen paal 3,5 meter);
  • Poorten met een brandweersleutelkluis (aanvragen bij brandweer), waarin de sleutel van betreffende poort wordt opgeborgen (minimale doorgangsbreedte 3,5 meter, doorgangshoogte minimaal 4,2 meter);
  • Dynamische afsluiting met een transponder-systeem gelijk aan het huidige

Bij het plaatsen van een afsluiting in of nabij een bocht, dient er ten behoeve van de doorgang rekening gehouden te worden met een bochtverbreding t.o.v. de minimale maat van 3,5 meter.

Het ontwerp van een afsluiting van een weg, straat, fietspad, bospad of dijk e.d. dient ter goedkeuring aan de brandweer verzonden te worden.

Eisen openbare wegennet voor brandweer-gebruik

  • Minimaal vereiste doorgangshoogte: 4,2 meter;
  • Minimale buitenbochtstraal: 10 meter;
  • Maximale binnenbochtstraal is gelijk aan de buitenbochtstraal, verminderd met 4,5 meter;
  • Minimaal beschikbare profielbreedte op rechte trajecten: 3,5 meter (excl. parkeren);
  • Minimale profiel-breedte binnen een verblijfsgebied: 5 meter;
  • Minimale profielbreedte één-richtingswegen binnen verblijfsgebied 4,5 meter;
  • Minimale profielbreedte doodlopende weg (langer dan 40 meter): 5 meter;
  • Het wegdek moet minimaal geschikt zijn voor voertuigen met een asbelasting van 11,5 ton.

Eisen voor (verkeersaders) voor brandweervoertuigen

  • Verkeersaders moeten een onbelemmerde doorgang bieden voor brandweervoertuigen;
  • Geaccepteerde elementen op verkeersaders (vastgestelde brandweerroutes):
    • Eenmalige constructie over de volledige wegbreedte bij de ingang van het verblijfsgebied;
    • Markeringen;
    • Kruispuntplateau’s , hoogte helling max. 12 cm., lengte helling min. 4,5 m.;
    • Drempels, hoogte helling max. 12 cm., lengte helling min. 4,5 m.;
    • Busvriendelijke Plakdrempels en druppels;
    • Bij toepassing VRI’s op verkeersaders en vastgestelde brandweerroutes moet gekozen worden voor een systeem dat beïnvloedbaar is door de brandweer;
  • Bij tweerichtingenverkeer bedraagt de profielbreedte minimaal 8 meter (ononderbroken);
  • Bij éénrichtingsverkeer bedraagt de profielbreedte ten minste 5,5 meter (inclusief uitwijkstrook).